Den Bosch hoefde zich niet bovenmatig in te spannen om de tegenstander uit Madrid te kloppen. De intensiteit van de finale lag een stuk lager dan in de halve eindstrijd tussen Den Bosch en Amsterdam, die de Bossche vrouwen na een 1-1 eindstand via shoot-outs wonnen.

Club de Campo, dat in de andere halve finale na shoot-outs had afgerekend met het Duitse Club an der Alster, liet in het eerste kwart zien niet bang te zijn van Den Bosch. Maar tot echt gevaar van Spaanse kant leidde dat nooit. Toen Den Bosch in het tweede kwart wat gas bij gaf was het verzet van de opponent dan ook snel gebroken.

Lidewij Welten opende na ruim een kwartier spelen met een fraaie backhand de score, waarna Frédérique Matla nog voor rust de 2-0 op het scorebord zetten. In het derde kwart zette Matla Den Bosch met een gelukje op 3-0, haar backhand verdween via de hand van de Spaanse keepster in het doel.

Club de Campo gaf zich na de 3-0 gewonnen, waardoor Den Bosch ruim baan kreeg om de score verder op te voeren. Aan het einde van het derde kwart was Maartje Krekelaar het eindstation van een vloeiende aanval door het midden (4-0), vijf minuten voor tijd ramde Matla haar derde van de middag binnen uit een strafcorner: 5-0.

Door de eenvoudige zege mag Den Bosch zich voor het eerst sinds 2018 weer de beste van Europa noemen. Twee jaar geleden sneuvelde Den Bosch in de halve finale van de laatste editie van de Euro Hockey Club Cup tegen Amsterdam. Vorig jaar werd de EHL wegens het coronavirus uitgesteld.

De EHL-winst betekent de zeventiende Europese titel voor de Bossche vrouwen, dat de voorlopers Europa Cup 1 en Euro Hockey Club Cup respectievelijk tien en zes keer won.